Voor woonruimte geldt dat de huurprijs maximaal één keer per jaar mag worden geïndexeerd. Deze maximale huurprijsverhoging voor woonruimte is geregeld in artikel 7:251 BW. In de meeste gevallen vindt de indexering per 1 juli van dat jaar plaats, omdat de minister per die datum de gewijzigde huurprijsgrenzen bepaalt.

De huurprijs kan worden geïndexeerd op grond van een afspraak in de huurovereenkomst of op grond van de wettelijke regeling (artikel 7:248 lid 1 BW). Indien toepassing van de afspraak in de huurovereenkomst leidt tot een hoger indexatiepercentage dan op grond van de wettelijke regeling is toegestaan, dan is die afspraak niet rechtsgeldig. In dat geval geldt dat de huurprijs mag worden verhoogd met het maximale huurverhogingspercentage volgens de wettelijke regeling (artikel 7:248 lid 2 BW).

In dit artikel wordt nader ingegaan op de toegestane huurprijsverhogingen in 2025 voor sociale huurwoningen, middenhuurwoningen en vrijesectorwoningen.

sociale huurwoningen

Voor sociale huurwoningen geldt dat de verhuurder vanaf 1 juli 2025 de huurprijs mag verhogen met maximaal 5% als de (kale) huur EUR 350 per maand of meer bedraagt en met maximaal EUR 25 als de (kale) huur lager is dan EUR 350 per maand.

Voor huurders van zelfstandige sociale huurwoningen met een hoger middeninkomen en een hoog inkomen geldt dat de verhuurder meer huurprijsverhoging mag voorstellen. De hoogte hiervan hangt af van de hoogte van het (gezamenlijk) inkomen in 2023, maar daarbij geldt dat de huurprijs door de huurverhoging niet hoger mag worden dan de maximale huurprijsgrens die hoort bij het puntenaantal van de woning. Samengevat ziet dit er volgens een tabel van de Rijksoverheid als volgt uit.

middenhuurwoningen

Van 1 januari 2025 tot en met 31 december 2025 kan de huurprijs van middenhuurwoningen worden verhoogd met maximaal 7,7%. Middenhuurwoningen zijn zelfstandige woningen met een huurcontract dat is ingegaan op 1 juli 2024 of later met een (kale) beginhuurprijs in (de tweede helft van) 2024 van meer dan EUR 897,66 en niet meer dan EUR 1.157,95 of een (kale) beginhuurprijs in 2025 van meer dan EUR 900,07 en niet meer dan EUR 1.184,82. Daarnaast gelden ook zelfstandige woningen met een hogere beginhuur, maar met 144 tot 187 punten volgens het woningswaarderingsstelsel, als middenhuurwoningen.

Het indexeringspercentage van 7,7% is gebaseerd op de cao-loonontwikkeling van december 2023 tot december 2024 van 6,7%, vermeerderd met 1%. Indien een afspraak in de huurovereenkomst leidt tot een hoger indexeringspercentage dan 7,7%, dan is de huurverhoging 7,7%. Daarnaast geldt voor middenhuurwoningen ook dat de (kale) huur door de huurverhoging niet mag uitkomen boven de maximale huurprijs die geldt volgens het puntenaantal van de woning.

vrijesectorwoningen

Van 1 januari 2025 tot en met 31 december 2025 kan de huurprijs van vrijesectorwoningen worden verhoogd met maximaal 4,1%. Vrijesectorhuurwoningen zijn kort gezegd zelfstandige woningen met een beginhuurprijs boven de toenmalige liberalisatiegrens. De toegestane huurverhoging voor vrijesectorwoningen is kort gezegd gebaseerd op het laagste percentage van de inflatie en de loonontwikkeling in de periode december 2023 tot december 2024.

Indien een afspraak in de huurovereenkomst leidt tot een huurverhogingspercentage van meer dan 4,4%, dan is de huurverhoging 4,4%. Voor vrijesectorwoningen geldt, in tegenstelling tot sociale huurwoningen en middenhuurwoningen het puntenstelsel niet en is er niet een maximale huurprijs. Dit komt doordat voor vrijesectorwoningen de huurprijsverhoging is gereguleerd, maar de huurprijs niet.

meer informatie

Heeft u naar aanleiding van dit artikel vragen over de maximale huurprijsverhoging voor woonruimte in 2025 of in een ander jaar? Of heeft u een andere vraag over de huurprijs en/of huurverhoging? Neem dan vrijblijvend contact op met een van onze huurrechtadvocaten voor meer informatie hierover.